Er zijn grote afzetmarkten voor stalen met treksterktes van minder dan 1000 MPa
en waarbij het totale gehalte aan legeringselementen zelden 2 massaprocent
overschrijdt. Bainitische stalen zijn goed geschikt voor toepassingen binnen
deze beperkingen. Het ontwerp van de legering moet echter met veel zorg
gebeuren om de juiste microstructuren te bekomen. Staalsoorten met een ontoereikende
hardbaarheid neigen te transformeren tot mengsels van ferriet allotriomorfen en
arm bainiet. Pogingen om de hardbaarheid te verbeteren leiden meestal tot
partieel martensitische microstructuren. De oplossing hiervoor ligt in de
laaggelegeerde staalsoorten met gering koolstofgehalte die kleine hoeveelheden
boor en molybdeen bevatten om de vorming van ferriet allotriomorfen te
onderdrukken. Boor verhoogt de bainitische hardbaarheid. Andere toevoegingen
van opgeloste atomen kunnen, in de aanwezigheid van boor, voldoende laag
gehouden worden om de vorming martensiet te vermijden. Een typische
samenstelling zou kunnen zijn Fe-0.1C-0.25Si-0.50Mn-0.55Mo-0.003B massa%.
Dergelijke staalsoorten transformeren in bijna volledige bainitische
microstructuur met zeer weinig martensiet wanneer normalisatiebehandelingen
toegepast worden.
De meeste moderne bainitische stalen
worden ontwikkeld met een veel beperktere gehalten aan koolstof en andere
legeringselementen. Er wordt dan tijdens de fabricage gebruik gemaakt van
versnelde koeling om de noodzakelijke bainitische microstructuur te bekomen. De
beperkte concentratie aan legeringselementen zorgt niet alleen voor een betere
lasbaarheid, maar ook voor een hogere sterkte dankzij de fijnere bainitische
microstructuur.
Het gamma bainitische stalen dat commercieel verkrijgbaar is omvat staalsoorten
met ultra-laag-koolstofgehalte voor lastoepassingen, staalsoorten met hoge
sterkte die competitief zijn met afgeschrikte en ontlaten martensitische
staalsoorten, stalen met goede kruipweerstand die nu al decennia gebruikt
worden in de energieproducerende industrie, smeedstalen die interessanter zijn
dan martensitische stalen omdat ze minder fabricagestappen vragen, geënte
stalen waarin bainiet gedwongen wordt intragranulair te nucleëren op deeltjes
om aldus een chaotische microstructuur te bekomen die weerstaat aan
scheurpropagatie, enz. De staalsoorten met hoge sterkte bestaan uit een mengsel
van bainitisch ferriet, martensiet en restausteniet. Ze hebben een verhoogde
hardbaarheid wanneer mangaan, chroom en nikkel worden toegevoegd en bevatten
meestal ook een hoog siliciumgehalte (ongeveer 2 massa%) om de vorming van
cementiet te onderdrukken (Figuur). Staalsoorten met hoge sterkte hebben
een zeer lage concentratie aan onzuiverheden en insluitsels zodat het staal
onderhevig is aan de vorming van cementietdeeltjes, die daarom moeten vermeden
of zo klein mogelijk gehouden worden.
Legering | C Si Mn Ni Mo Cr V B Nb Andere
Traditioneel bainitisch| 0.10 0.25 0.5 - 0.55 - - 0.003 -
Ultra laag-koolstof | 0.02 0.20 2.0 0.3 0.30 - - 0.010 0.05
Ultra hoge sterkte | 0.20 2.00 3.00 - - - - - -
Kruipvast | 0.15 0.25 0.50 - 1.00 2.3 - - -
Smeedstaal | 0.10 0.25 1.00 0.5 1.00 - - - 0.10
Geënt | 0.08 0.20 1.40 - - - - - 0.10 0.012 Ti
Chemische samenstelling, massa%, voor een typisch bainitisch staal
Staalsoorten met gemiddelde sterkte met
dezelfde microstructuur maar met een lichtjes verlaagd gehalte aan
legeringselementen worden toegepast in de automobielindustrie voor verstevigingsbalken,
die bescherming bieden tegen een zijdelingse aanrijding. Een andere grote
vooruitgang in de automobielindustrie is de toepassing van bainitische
smeedstalen om onderdelen zoals de nokken van aandrijfassen te vervaardigen.
Voorheen werden deze gemaakt met martensitische stalen, door smeden, harden,
ontlaten, strekken en uiteindelijk het wegnemen van de spanning. Al deze
productiestappen zijn nu vervangen door gecontroleerde afkoeling van de
temperatuur van de smeedhamer om een bainitische microstructuur te verkrijgen.
De kostbesparingen die hiermee gepaard gaan, hebben in bepaalde gevallen het
verschil gemaakt tussen winst en verlies voor de volledige productie-eenheid.
Bainitische stalen met hoge kruipweerstand worden sinds de vroege jaren 1940
met succes gebruikt in de energieproducerende industrie. Hun hardbaarheid moet
zodanig zijn dat onderdelen van 1 m diameter continu afgekoeld kunnen worden om
een bainitische microstructuur te verkrijgen over de ganse sectie. In de
legeringen worden chroom en molybdeen gebruikt om de hardbaarheid te bevorderen
maar ook om gedurende de daaropvolgende gloeibehandeling de precipitatie van
carbides mogelijk te maken. Deze carbides verhogen de kruipweerstand
aanzienlijk.
Door het enten van gesmolten staal met gecontroleerde toevoegingen van
niet-metallische deeltjes kan ervoor gezorgd worden dat bainiet intragranulair
nucleëert op de insluitsels, eerder dan aan de oppervlakken van de
austenietkorrels. Deze intragranulair genucleëerde bainiet noemt men “aciculair
ferriet”. Het is een veel minder gestructureerde microstructuur met een grotere
neiging tot scheurafbuiging. Geënte stalen zijn nu commercieel beschikbaar en
worden gebruikt voor veeleisende constructiedoeleinden zoals de productie van
oliebooruitrustingen voor aggressieve milieus.
Vooruitgang in de walstechnologie heeft ertoe geleid dat het mogelijk is om
staalplaat vlug af te koelen tijdens het walsproces zonder overdadige
vervormingen te veroorzaken. Dit heeft geleid tot de ontwikkeling van “snel
afgekoelde staalsoorten” die een bainitische microstructuur hebben, uitstekend vervormbaar
zijn en die kunnen concurreren met de klassieke gecontroleerd gewalste
staalsoorten.